Clicking on this blue square gives you correct entrance into The Heritage of the Great War - to the FrontpageDE ERFENIS VAN DE GROOTE OORLOGClicking on this blue square gives you correct entrance into The Heritage of the Great War - to the Frontpage
Clicking on this blue line gives you correct entrance into The Heritage of the Great War - to the Frontpage

Carnage at Verdun

StarLa Gloire, la Victoire, la Patrie, les Héros: slachting bij Verdun 

IN DE BOSSEN EN OP DE AKKERS KOMT NOOIT EEN EINDE AAN DE OORLOG

Live munition found near Verdun De dodelijke
souvenirs
van Verdun

Door Rob Ruggenberg

Nog altijd sterven er mensen op de slagvelden van Verdun. Vorig najaar kwamen twee Duitsers van 24 en 29 jaar om het leven. Twee maanden eerder was het ook raak: toen ontplofte een verroest projectiel in de handen van een 52-jarige Fransman en diens 15-jarige zoon.

In Verdun, een klein stadje van 21.000 inwoners in Noord-Frankrijk, niet ver van de grens met België, wordt elk jaar op 11 november het einde van de Eerste Wereldoorlog gevierd.

Maar in de bossen en op de akkers rond Verdun zal de oorlog nooit eindigen. Niemand durft een schatting van te maken van de aantallen onontplofte granaten die de grond verborgen houdt. Het moeten er miljoenen zijn. Nog altijd sterven boeren bij het ploegen. Nog altijd sterven wandelaars als ze in de bossen iets oprapen.

Die jonge Duitsers betaalden hun gevonden oorlogs-souvenir met de dood. De Fransman en zijn zoon overleefden hun vondst van een Duitse 155 mm granaat evenmin. Het grootste stuk dat ze van de vader terugvonden woog 5 kg.

Het overkomt ook mensen die beter zouden moeten weten, een politie-agent, een gepensioneerde Amerikaanse kolonel, een gemeenteraadslid uit Verdun, een brandweerman. Soms staan er waarschuwingsbordjes, ook in het Nederlands:
PAS OP! DOODSGEVAAR!

Souvenirs

Live munition found near VerdunJe hoeft er niet eens voor te graven. Langzaam stuwt de grond haar inhoud naar boven: menselijke botten, laarzen, een loop van een geweer, munitie, een helm. 'Collections Internationales ' heet de winkel aan de Rue Saint Victor, die gespecialiseerd is in zulke 'souvenirs de guerre'.

Jef Titeux (38), de eigenaar, zegt dat hij in de winkel zelfs kinderen binnenkrijgt die hem willen verkopen wat ze op de slagvelden hebben gevonden. "Ik koop nooit, want ik wil ze niet aanmoedigen om te gaan zoeken. Het is levensgevaarlijk in de bossen, het ligt er propvol. Het is krankzinnig om iets aan te raken. De ladingen in de granaten zijn zeer onstabiel. Oprapen kan voldoende zijn om ze te laten exploderen."

Hij is niet de enige in Verdun die een boterham verdient aan de oorlog. Elk jaar bezoeken meer dan een kwart miljoen mensen de slagvelden van Verdun: 73 procent Fransen, 22 procent Duitsers en 4 procent Britten. Ook Nederlanders zie je er de laatste jaren steeds vaker.

Elke elfde november zijn er weer kransleggingen, toespraken, de klokken luiden en natuurlijk is er een militaire parade, sinds enkele jaren niet meer in aanwezigheid van stokoude veteranen - ze zijn nu bijna allemaal dood.

Bombe Noir

De horeca en de souvenir-handel varen er wel bij. Het is vaak druk in de vele hotels en in de restaurants. Een populair dessert is de Bombe Noir, iets met chocola - je moet maar durven, hier in Verdun. Waarin onderscheidt deze stad zich nog meer van andere Franse toeristensteden?

Misschien doordat er Capitale de la Paix onder het naambord staat?

Hoofdstad van de Vrede?

In 300 dagen tijd werden hier bijna zevenhonderdduizend mensen afgeslacht. Op een strook van nog geen 20 kilometer breed. Dat is een gemiddelde van 2.300 mensen per dag. Negen maanden lang.

La Défense, Auguste Rodin, Verdun De teksten bij de ontelbare oorlogsmonumenten brallen over la Gloire, la Victoire, la Patrie, les Héros - terwijl ze beter zouden kunnen spreken over de waanzin, over de idioterie dat machthebbers van vaders en zonen eisen dat ze hun leven geven voor dergelijke begrippen.

Maar de Fransen zweren nu eenmaal bij glorie en eer en heldendom. Aan de Rue des Frères Boulhaut staat La Défense, een foeilelijk beeld van Auguste Rodin, met een Marianne met een halflamme vleugel - zie de foto rechts. Rodin maakte het beeld al in 1878, maar niemand wilde het hebben.

In 1917, op zijn sterfbed, verkocht de beeldhouwer zijn schepping voor een prikje aan een Nederlands comité. Het werd in 1920 aan de stad Verdun aangeboden met ingebeiteld de tekst dat hun Nederlandse vrienden de triomf van het recht en van de rechtvaardigheid in Verdun nooit zullen vergeten. In de Tweede Wereldoorlog haalden de Duitsers die tekst natuurlijk gelijk weg.

Onlangs heeft de gemeentebestuur van Verdun een nieuwe tekst bij het beeld laten zetten met de gebruikelijke gezwollen taal: A La France Immortelle - A La Glorieuse Ville de Verdun (daaronder worden de schenkers vernoemd: La Hollande Amie, de Nederlandse vrienden).

Een Nederlandstalige gids die hier overal wordt verkocht heet: 'Verdun: zien en begrijpen'. Maar er valt niets te begrijpen, net zo min als er iets heldhaftigs te vinden is in de afschuwelijke wijze waarop die mannen hier doodgingen. En trouwens, 70.000 Fransen stierven door 'eigen vuur': kogels en granaten die vanuit de eigen linies werden afgevuurd. Mort Pour La Patrie ?

Geen doel

Verdun was een oorlog binnen de oorlog. Een loopgravenstrijd die militair gezien geen tactisch of strategisch doel diende. Verdun lag in een uitstulping van het westelijk front en de Duitsers dachten dat het stadje gemakkelijk zou zijn in te nemen en dat dit wellicht het moreel van het Franse volk zou aantasten.

De Franse minister van oorlog Joffre vond Verdun onbelangrijk. Hij had zijn troepen al teruggetrokken en de forten ontmanteld. Maar toen de Duitsers op 21 februari 1916 hun aanval begonnen, riep premier Briand zijn oorlogsminister op het matje: "Misschien dat jij het verlies van Verdun geen nederlaag vindt, maar echte vaderlanders vinden van wel. Als jij Verdun opgeeft ben je een lafaard en dan zal ik zal je ontslaan."

Dus koos Joffre eieren voor zijn geld. Nog altijd zijn de Fransen trots op de snelheid waarmee hij vervolgens de troepen naar het Verdun-front wisten te voeren. Over de Voie Sacré, de 75 km lange heilige weg, reed in beide richtingen elke 14 seconden een vrachtwagen voorbij. Per week werden zo 90.000 mannen naar de slagvelden gevoerd. Waar ze vervolgens werden afgeslacht. Roemrijk, eervol, voor La Gloire de Patrie.

Blubber

Verdun, Albert HahnAan de Duitse kant gebeurde hetzelfde - de aantallen doden en gewonden waren vergelijkbaar hoog. De wereld keek verbijsterd toe - Zie rechts Albert Hahns prent: de Duitse keizer (in de wijde mantel) brengt een bezoek aan het front in Verdun, waar zijn zoon opperbevelhebber is.
Tot waar zijn we gevorderd, mijn zoon? vraagt de keizer.
Tot waar u lijken ziet, vader, antwoordt de kroonprins.

Toen negen maanden later de slag als het ware uitdoofde was geen van beide partijen een steek opgeschoten. Het front lag weer vrijwel op dezelfde plaats als toen de strijd begon. Veel lijken waren gewoon blijven liggen, wegrottend in de vol blubber staande granaattrechters en loopgraven.

Het was rond die tijd dat een Franse stafofficier bij Thiaumont de voorste linies kwam inspecteren. Hij trof er Franse én Duitse soldaten aan, die stilletjes hun volgelopen loopgraven hadden verlaten en op de borstweringen waren gaan zitten. Vanaf nauwelijks tien meter afstand staarden zij elkaar zwijgend aan.

In het omgeploegde maanlandschap werden later de stoffelijke resten verzameld van 130.000 mensen, die niet meer herkenbaar waren. Hun botjes kun je nog altijd zien: opgestapeld in een knekelhuis. Toeristen verdringen zich voor de raampjes.

Voor wie ogen heeft om te zien raken de sporen in het landschap rond Verdun nooit uitgewist. Granaten op of langs het bospad, niet afgesloten ingangen van mijngangen, kraters, bunkers, half ingestorte loopgraven, eenzame grafkruisen, botten zelfs. Als je op een bemost verhogingje uitrust, blijkt dat een rol prikkeldraad te zijn. De lege fles die je opraapt is een Duitse pantservuist.

Regeringsbandieten

En overal kerkhoven, kerkhoven, kerkhoven. Op een zo'n Duits Soldatenfriedhof schrijft een Duitse vrouw in het bezoekersboek: "Mijn grootvader heeft hier gevochten en geleden - zoals de anderen met hem. Het is te hopen dat dit een waarschuwing is voor onze huidige regeringsbandieten om nergens ter wereld meer Duitse soldaten te laten sterven."

En op een ander oorlogskerkhof, temidden van 15.000 graven, schrijft een Nederlandse vrouw in het bezoekersboek deze machteloze tekst: "...Dit is verschrikkelijk. Laat dit nooit meer gebeuren. Laten we hiervan leren...."

Terwijl de geschiedenis heeft laten zien dát het opnieuw is gebeurd. Dát we hier niets van geleerd hebben.

En dat het dus nu, en straks, gewoon weer gebeurt.


Bronnen voor dit artikel.


Terug naar de voorpagina van de Erfenis van de Groote Oorlog.